Het WVV (artikel 11:8) bepaalt dat er een belangenconflict bestaat wanneer een bestuurder een rechtstreeks of onrechtstreeks belang van vermogensrechtelijke aard heeft dat strijdig is met het belang van de stichting. In dat geval moet hij dit melden aan de andere bestuurders vóór de raad van bestuur een beslissing neemt. Zijn verklaring en toelichting over de aard van dit strijdig belang worden opgenomen in de notulen van de vergadering gedurende dewelke de beslissing is genomen. De betrokken bestuurder mag niet deelnemen aan de beraadslaging nog aan de stemming over deze beslissing.
Is er slechts één bestuurder of hebben alle bestuurders een belangenconflict dan kunnen ze de beslissing nemen.
Er bestaat geen belangenconflict wanneer de beslissingen betrekking hebben op gebruikelijke verrichtingen die plaatsvinden onder de voorwaarde en tegen de zekerheden die op de markt gewoonlijk gelden voor soortgelijke verrichtingen.